4 | De werkende en lerende provincie

De provincie Utrecht is een economisch sterk gebied. Er is veel werkgelegenheid, een hoge arbeidsdeelname en een betrekkelijk jonge beroepsbevolking (met name in de stad Utrecht). Daar mogen we trots op zijn. Er is een mooi netwerk van MBO’s, HBO’s en universiteit, waar jongeren hun talenten kunnen ontwikkelen.

Tegelijkertijd kan niet iedereen meekomen en neemt de druk op de arbeidsmarkt door een tekort aan arbeidskrachten toe, vooral aan die met een MBO-opleiding. Die zijn nodig in de bouw, waar miljoenen huizen moeten worden geïsoleerd, bij de aanleg van nieuwe natuur-en recreatiegebieden en in de zorg voor de groeiende groep ouderen. Maar in plaats van meer gaan er minder jongeren naar het MBO, de komende 10 jaar wel 15% minder. En steeds meer MBO-studenten haken af omdat zij geen stageplek kunnen krijgen of de opleiding niet goed aansluit op de vraag van de arbeidsmarkt. Omdat er werk zat is, is de verleiding groot om dan maar ongeschoold aan de slag te gaan.

Het tekort aan geschoolde medewerkers leidt tot hogere werkdruk voor degenen die in een bepaald vakgebied werkzaam zijn. Dat is niet goed voor hun welzijn en hun gezondheid. Die werkdruk zien we bijvoorbeeld in het onderwijs. Scholen kampen met een lerarentekort en het uitvallen van lessen. Juist leerlingen met een achterstand lijden hieronder. Voor jonge gezinnen geldt dat kinderopvang lastig is te regelen, omdat ook daar een personeelstekort bestaat.

Door de economische groei is er in Utrecht een grote vraag naar ruimte. Bedrijven vestigen zich hier graag en dat is goed voor de werkgelegenheid, maar voor die bedrijven en hun werknemers zijn bedrijventerreinen en woningen nodig. Maar ruimte is schaars, en niet iedere economische activiteit draagt bij aan de leefbaarheid in de provincie. Er zijn grenzen aan de groei.

Wat vindt de PvdA?

Werk zorgt voor inkomen, een zinvolle dagbesteding, het biedt kansen om te leren en jezelf te ontwikkelen en het zorgt voor sociale contacten. Daarbij is zeggenschap van werknemers over de kwaliteit van de arbeid en over de arbeidsverhoudingen van wezenlijk belang. Daar schort het nog te vaak aan. In sommige sectoren wordt slecht betaald, is de werkdruk te hoog of zijn de arbeidsomstandigheden slecht. Dat moet anders, want stress en onzekerheid op je werk leiden tot stress thuis en in je omgeving.

Iedereen verdient de kans om zijn of haar talenten zo goed mogelijk te ontplooien. Ons onderwijssysteem is daar ook op ingericht en dat moeten we koesteren. De overheid kan veel bijdragen aan het verbeteren van de aansluiting van opleidingen op de arbeidsmarkt. Zeker op het MBO is hier nog een wereld te winnen. Omdat zowel de opleidingen als de arbeidsmarkt over gemeentegrenzen heen gaan, ligt hier bij uitstek een taak voor de provincie. Om te laten zien hoe aantrekkelijk een goede vakopleiding is, om voldoende stageplaatsen te organiseren met een voor alle opleidingsniveaus gelijke stagevergoeding, om opleidingen en werkgevers samen te laten zorgen voor opleidingen die je datgene leren waar de arbeidsmarkt om vraagt.

Wat gaan we doen?

  • Naleving van de CAO is een harde eis aan bedrijven waar de provincie opdrachten aan verleent. Van bedrijven waar we mee samenwerken verwachten wij dat zij hun medewerkers minimaal 14 Euro per uur betalen.
  • Sociaal ondernemerschap stimuleren we met een provinciale subsidieregeling. Bij inkoop door de provincie tellen de sociale missie en de mate van circulaire bedrijfsvoering altijd mee bij de keuze van leveranciers. We verhogen de eis voor Social Return on Investment van 2 naar 5%.
  • We maken samen met andere provincies en gemeenten afspraken over datacenters. We stellen eisen aan hun energieverbruik. De restwarmte van datacenters gebruiken we voor de verwarming van bedrijfspanden en woningen.
  • We vragen het Bibliotheek Service Centrum om aan te sluiten bij lokale programma’s om laaggeletterdheid te bestrijden en stellen daar subsidie voor beschikbaar.
  • Vanuit de Utrecht Talent Alliantie organiseren we jaarlijks de week van het MBO om aankomende studenten de mogelijkheden in Utrecht laten zien.
  • We stellen onderwijsadviseurs beschikbaar, die samen met de ROC’s op Vmbo’s aankomende studenten helpen zich te oriënteren
  • We maken afspraken met werkgeversverenigingen over het adopteren van MBO-studenten, zodat die al bij het begin van hun studie verzekerd zijn van een stageplaats met een fatsoenlijke vergoeding en een werkgarantie na afstuderen. De provincie geeft als werkgever het goed voorbeeld.
  • Met de Vmbo-scholen, ROC’s en werkgevers nemen we lesprogramma’s kritisch onder de loep om ervoor te zorgen dat die je vaardigheden bijbrengen waar daadwerkelijk behoefte aan is. Omdat de nieuwste inzichten en technieken vaak op de werkvloer worden toegepast, stimuleren we dat een deel van het onderwijs bij bedrijven zelf gegeven wordt.
  • De provincie stelt geld beschikbaar voor gemeenten die basisbanen inzetten. Mensen met zo’n baan kunnen bij gemeenten worden ingezet.