Blunderende gedeputeerde Krol mag gewoon blijven zitten
De Statenvergadering op 17 juni begon met het vragenhalfuurtje. Ad Meijer (SP) werd teruggefloten door zijn fractievoorzitter toen hij wilde beginnen en nog niet in beeld was: “Nee! Nee! camera!”. Is ook gelijk maar weer duidelijk waarom in de politiek vragen worden gesteld. Gênant was daarom dat later in de vergadering SP-fractievoorzitter Annemarie Mineur genadeloos werd vastgelegd door diezelfde camera’s terwijl zij een computerspelletje patience zat te spelen. Genadeloos werd zij vervolgens “afgemaakt” op GeenStijl en Telegraaf. Erg flauw, maar een goede les voor ons allen: je bent altijd in beeld tegenwoordig.
Bij de jaarrekening 2012 bracht PvdA-fractievoorzitter Kees de Kruijf in dat ondanks de goed leesbare stukken het moeilijk is voor PS om te sturen door de grote verschillen tussen de ramingen en de uiteindelijke resultaten. Ook was het volgens hem opvallend dit het positief resultaat direct weer besteed werd aan een groot aantal tegenvallers via de route van de algemene reserve. Gedeputeerde Van Lunteren zegde toe e.e.a. nog duidelijker en beter stuurbaar te maken door in het najaar scherp te kijken naar de noodzaak en omvang van de reserves en voorzieningen.
Het grote onderwerp van de vergadering was natuurlijk het Rapport van Twynstra Gudde over het asbestdebacle in het oude Provinciehuis. Blunder op blunder was er in de loop van de tijd gestapeld: geen asbestbeheersplan, geen goede archivering, geen goede dossiers, irreële boeteclausules afgesproken, onjuiste inschatting van de eigen juridische positie, overschatting van het eigen kunnen. Het leverde de Utrechtse belastingbetalers een onnodige rekening op van ruim 6,5 miljoen euro.
Voor de PvdA en de andere oppositiepartijen was dit aanleiding kritische vragen te stellen aan verantwoordelijk gedeputeerde Bart Krol (CDA). De coalitiepartijen VVD, CDA, D66 en GrL trokken het hele register open om af te leiden van de kern. Zij legden de nadruk op de wel succesvolle aankoop van het nieuwe provinciehuis en de rol van de externe adviseurs en de koper.
Hoewel het asbestdossier groot en pijnlijk is gaat het niet aan anderen verantwoordelijkheid in de schoenen te schuiven. Staatsrechtelijk is een bestuurder immers altijd zelf verantwoordelijk. Bart Krol, deemoediger dan ooit tevoren, onderschreef alle keiharde conclusies en aanbevelingen in het rapport dat hij als “serieus en stevig” kwalificeerde en waarvoor hij de volle verantwoordelijkheid nam en excuses aanbood. In zijn 25 jaar in het openbaar bestuur had hij echter altijd naar eer en geweten gehandeld. Daarom trad hij niet af maar legde zijn lot in handen van de Staten.
Na dit voorzetje konden de coalitiepartijen nu hun vooraf afgesproken inkoppertjes maken. Omstandig werd Krol bedankt voor zijn “open antwoorden”. Volgens de VVD sierde hem dat “als mens en politicus”. Volgens de eigen CDA fractie was PS altijd volledig geïnformeerd geweest (dit terwijl Krol net daarvoor nog had uitgelegd dat hij door de juridische positie niet alles had kunnen vertellen aan PS!) en moest PS vooral de hand in eigen boezem steken?!? Groenlinks vond het “een goed debat” en legde de schuld ook bij de adviseurs. Toch kreeg Krol van hen een kleine waarschuwing mee voor de toekomst: “De excuses zijn goed gehoord. En die kun je maar 1x maken in een functie”. Tot aan de verkiezingen zal GrL echter wijselijk zijn mond houden. Het pluche is toch wel heel aantrekkelijk en dan accepteer je een blnder met miljoenenschade kennelijk heel snel. Net als bij de bezuinigingen op Cultuur en Sport, maar dat is weer een heel ander verhaal.
De motie van wantrouwen ingediend door PvdA, SP en PVV werd zoals verwacht verworpen, evenals een motie van afkeuring ingediend door de CU. Dat het verspillen van 6,5 miljoen niet eens op afkeuring kan rekenen in de Utrechtse provinciale politiek is veelzeggend. En zo strompelen we blunderend verder naar de opheffing van de Provincie Utrecht in 2016. Het zal een verlossing zijn.